Onderzoek naar mogelijk geroofd Joods vastgoed afgerond

21 januari 2025
Actueel

De gemeente heeft onderzoek laten uitvoeren naar de rol van de voormalige gemeenten Borger en Odoorn bij de verkoop van huizen van Joodse eigenaren in de Tweede Wereldoorlog. En naar de eventuele afhandeling na de oorlog. Dit onderzoek, gestart begin 2022 en uitgevoerd door historici Gerben Dijkstra en Henk Vos, is nu afgerond. Uit het onderzoek blijkt dat de gemeentebesturen van Borger en Odoorn niet betrokken waren bij de verkoop van onroerend goed van Joodse eigenaren en het rechtsherstel hiervan.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn in totaal 28 Joden uit de voormalige gemeenten Borger en Odoorn opgepakt en op transport gesteld naar werkkampen en Durchgangslager Westerbork. Van hen keerde niemand terug. Zij werden allen in Duitse concentratiekampen vermoord. Zes Joden uit de voormalige gemeente Odoorn overleefden de Duitse bezetting door onder te duiken.

Burgemeester Jan Seton: “Het onderzoek dat de heren Dijkstra en Vos hebben gedaan naar mogelijk geroofd Joods vastgoed in onze gemeente is uitgebreid en zeer gedegen uitgevoerd. Ik ben hen hier zeer erkentelijk voor. Het is verschrikkelijk om te lezen wat de Joodse gezinnen in onze gemeente destijds is aangedaan. Ik vind het belangrijk dat we nu weten wat de rol van beide gemeenten is geweest bij de onteigening en doorverkoop van Joods vastgoed.”

Geen betrokkenheid bij verkoop, wel bij verhuur Joods onroerend goed

De burgemeesters van de beide voormalige gemeenten waren na deportatie van de Joden wel betrokken bij de verhuur van Joods onroerend goed. De burgemeesters stelden huurcontracten op, maar inden geen huurinkomsten.

Inventarisatie etenswaren en meubilair

Na de deportatie van de Joodse bevolking hebben politiemannen uit de gemeenten Borger en Odoorn in opdracht van de Duitse bezetter een inventarisatie van de huisraad en etenswaren in de woningen van de gedeporteerde Joden gemaakt. De etenswaren werden aan de Nederlandsche Volksdienst, afdeling Buinen, aangeboden. Meubilair is op transport geplaatst naar Assen voor verder transport naar Duitsland naar getroffenen van bombardementen in Duitse steden.

Er zijn steeds meer gemeenten die onderzoek (hebben) laten doen naar onteigend Joods vastgoed. De onderzoeksresultaten worden gedeeld met het programma Pointer van de KRO-NCRV en de Radboud Universiteit in Nijmegen.